Uit onderzoek blijkt dat de vakantietijd de meest gevaarlijke tijd in een relatie is, want je zit dan drie of vier weken op elkaars lip en dat levert voldoende ergernis op. Hoe zou het toch komen dat mensen die ooit hun liefde voor elkaar hebben uitgesproken, zo op elkaar zijn uitgekeken dat ze niet eens samen lekker op vakantie kunnen gaan?
Natuurlijk is de vakantie niet de oorzaak, hooguit de bekende druppel. Waar de humor uit het leven verdwijnt, komt de ergernis binnen. En je zult maar een paar weken samen moeten zijn met iemand aan wie je je ergert. Maar waarom erger je je dan? En waarover? Tja, zijn het niet de torenhoge verwachtingen waaraan de ander met geen mogelijkheid kan voldoen? In plaats met een vleugje humor de verhoudingen in het juiste perspectief te plaatsen, maak je met je ergernis een onoverkomelijke kloof. Alsof de ander immuun is voor alle onuitgesproken verwachtingen.
Relativeren
Het leven is eigenlijk zo simpel. Heb lief en je wordt geliefd. Maar geef je de liefde op ter wille van je eigen “welzijn”, dan verdwijnt het vermogen om te relativeren en worden kleine ongemakken of eigenaardigheden van de ander onoverkomelijke bergen. En dan wordt het moeilijk om op elkaars lip te leven. Het ligt dus nooit aan die ander maar altijd aan jezelf.
Ai, dat is een pijnlijke ontdekking. Mijn gebrek aan humor en relativeringsvermogen zorgt ervoor dat er perikelen ontstaan. Pure egoïsme gooit dus mijn eigen vakantieglazen in. Overigens is dit stukje niet autobiografisch, maar had het wel kunnen zijn als ik de gouden wetten in een relatie niet had ontdekt. Ik ben namelijk net drie weken op een heerlijke vakantie gegaan met vrouw en kinderen